Lange tijd heeft Mats Wieffer niet gedacht aan een professionele loopbaan als voetballer. Maar inmiddels is hij een vaste pion bij Feyenoord en tevens international van Oranje. Met name zijn geringe lengte zou een probleem zijn geweest.
“Als voetballer was Wieffer klein, maar hij wordt hard gemaakt door zijn broer. Op een veldje dichtbij huis spelt hij veel één tegen één tegen zijn broer, die verdediger is. “Echt een zager”, vertelt Wieffer in het NRC. “Vol erop. Dan schopte hij me vaak. Zeiden mijn ouders: doe nou maar rustig, straks schop je hem nog kapot.”
FC Twente nodigt hem uit voor de testdagen en Wieffer wordt opgenomen in de jeugdopleiding. Pas als het eerste elftal in beeld komt, ontstaat het idee dat er een toekomst in kan zitten als voetballer. Alleen bleef zijn lengte een probleem. “Ik bleef heel klein, heel iel ook”, gaat hij verder. Rond zijn 18e volgt een groeispurt. “Die eerste paar weken kon ik bijna niet normaal voetballen. Ik had opeens zulke lange benen”, aldus Wieffer.
<
