
Er is veel kritiek op het systeem dat Ajax momenteel hanteert. Zeker als de nodige buitenspelers bij de Amsterdammers ontbreken blijft John van ’t Schip vasthouden aan een 4-3-3 formatie. In gesprek met de NOS buigen Cock Jol, Gerard van der Lem en Michael Reiziger zich over de systeemdiscussie.
Martin Jol beschikte in zijn tijd bij Ajax over Luis Suárez, Marko Pantelic en later ook Mounir El Hamdaoui, en ruilde daarom 4-3-3 in voor 4-4-2. Cock Jol, broer en destijds assistent van Martin Jol, herinnert zich de commotie rond het speelplan. “Er kwam zoveel los. In de media lees je dat je dan de Ajax-school verloochent. En de vijfde colonne gaat schoppen als je het niet op hun manier doet.”
“Je moet gewoon naar je selectie kijken”, vervolgt Jol. “Op papier was Suárez bij ons vaak een buitenspeler, maar dat was hij op het veld natuurlijk niet. Hij maakte in dat jaar 49 goals, we haalden 85 punten, 106 doelpunten voor en twintig tegen. Zeg het maar.”
Ook Gerard van der Lem was destijds assistent-trainer bij Ajax, en hij denkt dat het de supporters van Ajax toch vooral om de drie punten zal gaan. “Men kijkt in het begin even vreemd op, maar als een ander systeem loont is het snel weg. Het zal de fans van Ajax uiteindelijk niet veel uitmaken. Zij willen gewoon een Ajax zien dat wint.”
Michael Reiziger was assistent-trainer van Erik ten Hag, en geeft aan dat de Amsterdammers kampioen werden nadat meerdere wedstrijden in een 4-4-2 werden gespeeld. “We kampten met veel blessures en waren niet in goeden doen, maar moesten wel kampioen worden. Bij 4-4-2 denken mensen aan een lange bal, maar onze aanvallende spelprincipes bleven verder overeind.” Bovendien meent de oud-verdediger dat systeemdiscussies achterhaald zijn. “Na de eerste bal staat elke speler eigenlijk alweer ergens anders. Dat ligt ook aan de tegenstander. Met kleine veranderingen speel je vaak meerdere systemen per wedstrijd.”
<