
Analist Johan Derksen vindt het optimisme dat er momenteel heerst rondom Oranje-doelman Bart Verbruggen wat overdreven. Hij vraag zich zelfs af of hij wel goed genoeg is voor het Nederlands elftal.
Lang was het onzeker wie onder de lat van Oranje zou verschijnen, maar onlangs maakte Ronald Koeman bekend dat Verbruggen het vertrouwen kreeg. Tegen Polen speelde de keeper een goede wedstrijd en hield hij zijn ploeg op de been. Volgens Derksen bezit hij echter veel aspecten niet, zo vertelt hij bij Vandaag Inside Oranje.
“Het is een aardige keeper op de lijn, maar bij Brighton is iedere voorzet, corner of vrije trap paniek, want hij blijft altijd op de doellijn staan”, stelt Derksen. “Bij Brighton heb je nog verdedigers die bijna alle kopduels winnen, maar als hier de tegenstander een bal op het achterhoofd krijgt vanaf de vijfmeterlijn, dan ben je op de lijn geklopt.”
Derksen denkt ook dat Nederland tegen Polen goed is weggekomen, maar dat de volgende tegenstanders meer gaan gokken op de zwakheden van Verbruggen. “Die man is totaal onvoldoende voor zijn goal en met hoge voorzetten. Dat wordt als je dadelijk tegen bijvoorbeeld Britse teams komt een probleem.”
Bovendien vindt Derksen dat Verbruggen gedeeltelijk schuldig is aan de eerste treffer, door op zijn lijn te blijven staan. “Die keepers willen allemaal meevoetballen, waar ik al heel nerveus van word, maar het zijn allemaal Pim Doesburgjes geworden: ze blijven allemaal op de lijn staan, ze zijn te schijterig om eruit te komen.”
<