
De komst van Sebastien Haller bij Ajax in de winterstop is essentieel voor de Amsterdammers geweest in de strijd om de titel. Dit weet trainer Erik ten Hag te melden in een gesprek met Voetbal International.
“Dat was heel belangrijk, want met hem gingen we makkelijker voetballen”, aldus Ten Hag. “Ik hoor de kritische geluiden ook, maar op Ajax is altijd kritiek en op de spits van Ajax helemaal. Hij was toch wel een missing link.”
Ten Hag gaat verder: “Met Haller beschikken we over een extra aanspeelpunt voor de lange bal, we hebben body in de zestien. In het drukzetten heb je iemand die dat beheerst. Hij beheerst sowieso heel veel facetten en heeft rendement. Elf goals en zeven assists is ook een goede score.”
Ook Edson Álvarez en Lisandro Martínez vormden een belangrijke rol. “Álvarez heeft aan de bal grote stappen gemaakt, is veel zekerder, is gegroeid in zijn oriëntatie op het veld. En met vertrouwen laat hij steeds meer zien”, zo geeft hij aan. “Met Martínez was het een iets ander verhaal. We hadden in de eerste seizoenshelft gewoon vier uitstekende spelers voor drie posities: Nicolás Tagliafico, Daley Blind, Ryan Gravenberch en Lisandro Martínez. Wie je ook eruit had gehaald, het leverde vraagtekens op. Terecht, want het zijn vier prima spelers.”
Martínez moest dus geduld hebben. “Dat is niet makkelijk, maar je ziet dan dat zoiets wordt beloond. In de tweede seizoenshelft stond hij er, op een prima manier. En dan komt mijn stokpaardje weer tevoorschijn…”, zegt Ten Hag daarover. “Een vaste basiself is kroegpraat geworden, leuk om met elkaar aan de bar over te praten. Maar niet meer van deze tijd. Als je op drie fronten wil strijden, zul je gewoon een brede selectie moeten hebben. En daarin moet je als trainer variëren. Ook om de jongens die minder spelen geregeld voldoende minuten te geven, zodat ze er kunnen staan als dat gevraagd is. Daardoor maak je de selectie sterker.”
<